Parallactische montering

 

Een parallactische montering is een absolute 'must' als we regelmatig waarnemen, objecten gedurende langere tijd willen volgen, en als we foto's willen maken met lange belichtingstijden van zwakke hemelobjecten  dan is dit type montering zelfs niet meer weg te denken.
Net zoals de azimutale montering draait onze telescoop ook rond twee assen. Eén van deze assen echter wijst naar een bepaald punt aan de hemel.. Deze as(de poolas) moet zo staan dat hij een hoek maakt gelijk aan de geografische breedte( waar je met die kijker op dat moment staat) tov het aardoppervlak.
Een tweede voorwaarde is dat diezelfde as (op het noordelijk halfrond) ook nog naar het geografische noorden wijst. Gewoonlijk richten wij onze kijker naar de poolster (Polaris) maar als we ons instrument echt nauwkeurig moeten afstellen (bv. voor zeer lange belichtingstijden of  CCD opnamen) dan zullen we een beetje meer aandacht moeten besteden aan de uitlijning van deze 'poolas' ;  Polaris staat immers niet exact in het noorden maar is er bijna 1° van verwijderd.
Gelegenheidswaarnemers mogen rustig de poolas enkele graden naast de poolster mikken.  Ze zullen echter tijdens het waarnemen  zeer regelmatig de kijker in declinatie(op en neer) moeten bijsturen (corrigeren).

 


 

Het afstellen

Zij die beschikken over een poolkijkertje(op een gekocht instrument) zullen zeer snel aan de slag kunnen maar als het hier om een zelfbouwinstrument gaat zullen enige minuten afstelwerk nodig zijn alvorens je kan beginnen met waarnemen.
De regel is : Hoe meer tijd je besteedt aan het afstellen van je montering hoe beter,  ttz  dan kan je langer fotograferen of waarnemen zonder al te grote volgfouten.

Ideaal is dat de hoogte van de poolas van onze montering gemakkelijk in hoogte regelbaar is en ook dat de montering in zijn geheel kan roteren op zijn (denkbeeldige) vertikale as.
Om te beginnen richten we de poolas van de montering zo nauwkeurig mogelijk naar Polaris.  Als je de sterrenbeelden nog niet goed kent raden we je aan om er even een draaibare sterrenkaart bij te halen of  spring even binnen bij een bevriend amateur of volkssterrenwacht.  Je kan Polaris in het sterrenbeeld de Kleine Beer zeer snel terug vinden door de twee laatste sterren van het 'steelpannetje' van de Grote Beer vijf maal door te verlengen.  De poolster is niet zoals de meesten verwachten een heldere ster.  Zij is eerder van gemiddelde grootte(magnitude).

We plaatsen in de focusseerinrichting van onze kijker een oculair met stevige vergoting en als je er toevallig een moest hebben, liefst met kruisdraad.  Heb je geen oculair met kruisdraad dan kan je het oculair van je zoeker even 'lenen'.
Vervolgens richten we de kijker naar een heldere ster pal in het zuiden(of toch er zo dicht mogelijk tegen).  Richting zuid vinden we gemakkelijk terug door naar de poolas te kijken : recht tegenover de richting waarnaar de poolas wijst vinden we het zuiden. Om het afstellen van de montering te bespoedigen  kiezen we niet enkel een ster in het zuiden maar ook liefst nog zo dicht mogelijk tegen de hemelequator.  Daar bewegen de sterren immers het snelst en zullen we de volgfouten zeer snel detecteren.
Als we een ster in beeld hebben zullen we haar een tijdje zo nauwkeurig mogelijk trachten te volgen.  Dit doen we best door de ster precies op de kruisdraad van ons oculair te plaatsen.  Liefst plaatsen we één van de draden van onze kruisdraad horizontaal, dit vergemakkelijkt straks de beoordeling van de te dedecteren fouten.  Opgelet : we mogen enkel de ster proberen te volgen door aan de knop van de rechte klimming te draaien of de volgmotor te starten.  Dus van de declinatieknop : AFBLIJVEN...!  Na enige tijd zullen we zien dat de ster niet op de horizontale kruisdraad blijft staan.  De ster wijkt af naar onder of naar boven, maw naar het noorden of het zuiden.

We vinden zeer gemakkelijk noord en zuid terug in ons oculair als we heel even aan de declinatieregeling draaien.  Als we de telescoop naar boven draaien zullen we de sterren naar het noorden zien bewegen, dit is naar onder bij de meeste omkerende kijkers.

Als de ster naar het noorden afwijkt dan moet de volledige montering
een beetje geroteerd worden (van boven bekeken) in wijzerszin.

En als de ster naar het  zuiden afwijkt moeten we uiteraard de montering in de andere richting  verdraaien.


De tweede belangrijke controle is de
hoogte van de poolas. 
De montering mag uiteraard niet meer bewegen en we richten de telescoop naar een object boven de oostelijk of westelijke horizon.  Ook hier kiezen we een ster zo dicht mogelijk tegen de hemelequator.   Op dezelfde manier zoals hierboven beschreven volgen we de afwijking van de ster tov de 'horizontale' kruisdraad.

 

Als de ster naar het noorden afwijkt dan moet de montering aan de noordelijk zijde een
klein beetje zakken.  Indien er aan het statief of montering geen regelmogelijkheden
zijn kunnen we meestal de poolas zelf laten zakken

We doen vervolgens beide controles nog minstens één keer  waarmee de afstelling van onze montering afgelopen is.